Webpad Fabeltjeskrant
 
(Advertentie)
Nationale Wecycleweek
Doe de challenge en ontvang een beloning voor je school!
(Advertentie)

Deze opdracht gaat over fabels. 

Bekijk eerst de antwoordlink hieronder en lees daarna de zinnen op je werkblad.
Zet een kruisje in het goede hokje. 

 

Is de zin waar? Kruisje bij JA.
Is de zin niet waar? Kruisje bij NEE.

 

Antwoordlink:

(Advertentie)

Een stukje geschiedenis over de Tweede Wereldoorlog en de Fabeltjeskrant.

Bekijk de antwoordlink die hieronder staat.

Op je werkblad staat een tekst met open plekken waar je woorden moet invullen.
De woorden staan er schuingedrukt boven.
Als je een woord gaat typen, haal dan eerst het streepje uit de tekst weg.

 

Antwoordlink:

Geef antwoord op de vragen die op je werkblad staan en vul de antwoorden in de hokjes van de puzzel in.

Wat lees je onder de pijl? 

 

Antwoordlinks:

Wie is wie? 
In het Grote Dierenbos wonen heel veel dieren. 
Sommigen al heel lang, anderen zijn er later bij gekomen. 
Bijvoorbeeld uit het 3e Dierenbos.

In alle afleveringen van de Fabeltjeskrant hebben nog veel meer dieren meegedaan.

 

Op je werkblad zie je de afbeeldingen van veel bekende (en minder bekende) dieren uit de Fabeltjeskrant.
Kun jij de namen eronder zetten?

 

Antwoordlink:

Nationale Wecycleweek
Doe de challenge en ontvang een beloning voor je school!
(Advertentie)
(Advertentie)

Als je één van de geluiden hieronder afspeelt, ga je naar een nieuwe internetpagina.
Als je geluisterd hebt, kun je gewoon die pagina sluiten.

 

Stem 1

Stem 2

Stem 3

Stem 4

Stem 5

Stem 6

Stem 7

Stem 8

Stem 9

Stem 10

 

Antwoordlink:

  • Van wie is die stem?  - Ga met het pijltje linksboven in je scherm steeds weer terug naar de afbeelding met alle plaatjes.

Ken je het liedje: “Hup, daar is Willem met de waterpomptang?”
Het was heel populair in de serie en zeker in de Carnavalstijd wordt het nog steeds vaak gedraaid.

Luister maar eens naar het liedje.

Er is één simpele vraag: Hoeveel keer hoor je het woord ‘waterpomptang’ in het liedje? 

 

Antwoordlink:

Los de woordzoeker op.

Print het laatste blad van je werkblad uit, of gebruik de antwoordlink hieronder.

Als je alle woorden hebt gevonden blijft er een zin over.

Schrijf die zin op je antwoordblad.

 

Antwoordlink:

Maak je eigen Fabeltjeskrant.
Alleen of met een groepjes samen, of met de hele klas.
Schrijf stukjes, reclames, enz.

 

Gebruik hiervoor de tool die je hieronder ziet staan.
Hij is heel makkelijk in het gebruik, maar misschien kan je juf of meester het eerst even laten zien.
Ik heb alvast een voorbeeldje gemaakt hoe het kan.
Je kunt overigens meer pagina's aanmaken.

 

Tool: Nieuwstool


Voorbeeld: De Fabeltjeskrant van meester Jack

 

(Advertentie)
25% korting Loco basisdozen!
Pakket met 1 Bambino basisdoos, 3 Mini basisdozen en 1 Maxi basisdoos.
(Advertentie)

Kun jij alle dieren uit het dierenbos snel bij elkaar zoeken?

Het zijn er 12. Doe je best!

Ben jij net zo snel als de 'Zoef de Haas'?

Houd een wedstrijd in jouw klas.

 

Doe-link:

Een leuke kleurplaat van enkele dieren uit het dierenbos.
Pak je kleurtjes en ga aan de slag!

Maak er wat moois van.

 

Doe-link:

Wil je liever een kijkdoos maken? Dat kan!

 

Nodig:

  • grote schoenendoos (bijv. van laarzen)
  • fijn schaartje
  • lijm
  • dun karton

 

Maken:

  • Print de kijkdoos uit
  • Kleur de plaatjes
  • Knip ze eerst grof uit en plak ze op dun karton
  • Daarna netjes uitknippen.
  • Beplak de kijkdoos aan de binnenkant met gekleurd papier (lucht en bos?)
  • Plak de bomen erin en daarna de dieren

 

Doe-link:

Speel met je klasgenoten het Fabeltjesspel.

Je hoeft alleen maar het spel uit te printen en verder heb je 1 dobbelsteen en voor iedere speler een pion nodig.
Hatsjikidee! Natuurlijk zet je een lekkere portie beukennootjes en glaasjes grenadine neer.

 

Veel plezier!

 

Doe-link:

Maak een aflevering van de Fabeltjeskrant.

Doe dit samen.

 

Waar moet je op letten?

  • Wat is het thema van de aflevering? Waar gaat het over?
  • Welke dieren spelen er in mee?
  • Wie zegt er iets en wat?
    Zorg dat het ook wel grappig wordt.
    Jullie moeten dus dialogen schrijven.
  • Let op de tijd. 5 minuten.

 

Wat moet je verder doen?

  • Maak een decor.
  • Gebruik de figuren van de Plus-link
    (zie hieronder).
  • Elk figuurtje (links en rechts) 2x kleuren en dan een satéprikker ertussen plakken.
  • Je kunt er dan een soort poppenspel van maken (net als wajang-poppen uit Indonesië) en de poppetjes ook om laten draaien, zonder dat je dan een witte achterkant ziet.
  • Geef een voorstelling in de klas. Misschien kunnen andere groepjes ook een verhaaltje maken. 
  • Jullie kunnen dan allemaal dezelfde poppetjes gebruiken, maar misschien wel in een ander decor.

 

Plus-link: